Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [17]Voor het aangezicht der goddelozen, die mij verwoesten, mijner doodsvijanden, die mij omringen. 17. Of, vanwege de goddelozen. 18. Hebr. vijanden in, of met de ziel; dat is, die mij dodelijk in het binnenste huns harten haten. Anders, tegen de ziel, dat is, die mij het leven zoeken te benemen.